Hypotheek

Een overlijdens­risico­verzekering is vaak niet meer verplicht bij een hypotheek. Is deze verzekering nu overbodig? Lees verder.

U voorkomt met een overlijdens­risico­verzekering dat u uw nabestaanden met een hoge hypotheekschuld achterlaat. Overlijdt u? Dan keert uw overlijdens­risico­verzekering uit. Uw partner, kinderen of andere nabestaanden ontvangen het verzekerde bedrag. Zij kunnen met dat bedrag de hypotheek aflossen of blijven betalen. En kunnen in het huis blijven wonen.

U kunt uw overlijdens­risico­verzekering verpanden. U koppelt uw overlijdens­risico­verzekering dan aan uw hypotheek. Soms is verpanden verplicht. Verpanden doet u aan de hypotheek­verstrekker. Uw overlijdens­risico­verzekering keert het verzekerde bedrag uit aan uw hypotheek­verstrekker als u overlijdt. Uw hypotheek­verstrekker (ook wel: pandhouder) weet dan zeker dat hij (een deel van) de hypotheek terugkrijgt. En voor uw nabestaanden blijft er een lagere hypotheek over.

Dan krijgt de hypotheek­verstrekker alleen het geld dat nog nodig is om de hypotheek af te lossen. De rest gaat naar uw nabestaanden. Daarom moet u ook altijd aangeven wie de rest van de uitkering bij overlijden krijgt. U geeft dit aan als u de overlijdens­risico­verzekering afsluit.

U kunt aangeven aan wie u uw overlijdens­risico­verzekering wilt verpanden als u de verzekering afsluit.

Wilt u iets aan uw overlijdens­risico­verzekering veranderen of de verzekering stoppen? Dan moet uw pandhouder schriftelijk toestemming geven als uw overlijdens­risico­verzekering verpand is.

Een overlijdens­risico­verzekering is niet meer verplicht bij een hypotheek met Nationale Hypotheek Garantie (NHG). Dit geldt voor nieuwe en bestaande NHG hypotheken. Toch kan het verstandig zijn om wel een overlijdens­risico­verzekering af te sluiten.

Een overlijdensrisicoverzekering is dan verplicht. De afspraken hierover kunnen per hypotheekverstrekker anders zijn.

U verkoopt uw huis. Dan lost u uw huidige hypotheek af. En sluit misschien een nieuwe af voor een nieuw huis. Of u neemt uw huidige hypotheek mee. Het hangt van uw situatie af of u ook iets met uw overlijdens­risico­verzekering moet doen.

Doet u dit bij dezelfde hypotheekverstrekker? Dan kunt u uw overlijdens­risico­verzekering voortzetten en koppelen aan uw nieuwe hypotheek. Stapt u over naar een nieuwe hypotheekverstrekker? Dan kunt u uw overlijdens­risico­verzekering meestal meenemen en verpanden aan uw nieuwe hypotheekverstrekker. Kijk goed of uw overlijdens­risico­verzekering nog past bij uw nieuwe hypotheek. En pas eventueel het verzekerde bedrag of de looptijd aan.

U kunt uw overlijdens­risico­verzekering ook meenemen.

U gaat bijvoorbeeld huren. U lost uw hypotheek af. Uw hypotheek­verstrekker beëindigt de verpanding van uw overlijdens­risico­verzekering. Daarna bepaalt u zelf wat u met uw overlijdens­risico­verzekering doet. U kunt uw overlijdens­risico­verzekering voortzetten. Uw nabestaanden blijven dan verzekerd van financiële steun. En kunnen bijvoorbeeld de huur of andere vaste lasten blijven betalen als u overlijdt. Hebben uw nabestaanden minder of geen financiële steun nodig als u overlijdt? Dan kunt u een lager bedrag verzekeren. U betaalt dan minder premie. Of u stopt uw overlijdens­risico­verzekering.

U verkoopt uw huis niet. U kunt uw overlijdens­risico­verzekering dan meestal meenemen. U wijzigt eventueel uw overlijdens­risico­verzekering. Zodat uw overlijdens­risico­verzekering bij uw nieuwe hypotheek past. U vraagt uw nieuwe hypotheekverstrekker daarna om uw overlijdens­risico­verzekering aan uw nieuwe hypotheek te koppelen. U verpandt uw overlijdens­risico­verzekering dan aan uw nieuwe hypotheekverstrekker.