Ongeval door metalen rand naast fietspad

Is de gemeente aansprakelijk?

5 nov 2024

Wat is de situatie?

Een fietsster kwam ten val doordat zij een opstaande metalen rand raakte die de rijweg scheidt van het voetpad. De fietsster liep hierdoor letsel op en had materiële schade aan haar fiets en kleding. En immateriële schade door de traumatische val.
Ongeluk door kabelgoot

Aangevoerde gronden voor aansprakelijkheid

De wederpartij stelt dat de gemeente aansprakelijk is voor de geleden schade op grond van artikel 6:174 BW en 6:162 BW. De gemeente heeft namelijk niet gewaarschuwd voor de aanwezigheid van de gevaarlijke metalen rand, hetgeen een kleine moeite zou zijn geweest. De betreffende rand is dusdanig ongebruikelijk dat de wederpartij hier geen rekening mee hoefde te houden. Bovendien is de rand vanaf de fiets niet zichtbaar omdat deze dezelfde kleur heeft als het wegdek. Hierdoor heeft de wederpartij de rand niet opgemerkt. Daarnaast was de gemeente reeds voor de ongevalsdatum bekend met het feit dat de rand gevaarlijk was. Uit verklaringen van omwonenden en een persbericht blijkt dat meerdere fietsers, als gevolg van de stalen rand, ten val zijn gekomen. En dat de gemeente een of meer van die fietsers compensatie heeft betaald. Ook stelt de wederpartij dat de kans dat fietsers, als gevolg van de rand, ten val komen uiterst groot is. Bovendien zou het voor de gemeente een kleine moeite (met weinig kosten) zijn geweest om de rand in het wegdek weg te werken. Door – zoals zij nadien heeft gedaan – het asfalt over de stalen rand heen aan te brengen. 

Verweer gemeente

De gemeente is van mening dat er voldoende is gewaarschuwd voor de potentieel gevaarlijke metalen rand. De betreffende weg is in mei 2020 (ruim een jaar voor het ongeval) aangepast. In de situatie voor de aanpassing was er sprake van een ijzeren rand die op bepaalde plaatsen een verhoging kende van maximaal 2 cm. In die situatie zijn meerdere fietsers gevallen doordat zij grip op de rand verloren. In mei 2020 heeft de gemeente een waarschuwingsbord geplaatst met daarop de woorden “gevaarlijke rand”. Daarnaast heeft de gemeente de ijzeren rand opgeruwd en voorzien van stroeve witte verf. Zodat – indien men met de wielen op de rand komt – men niet kan uitglijden. Verder is er op de plek van de val sprake van een minimale verhoging. De gemeente stelt dat de situatie na mei 2020 geen gevaarlijke situatie is. De ijzeren rand was met verf gemarkeerd en duidelijk zichtbaar. Een witte lijn, die dient als scheidslijn tussen het voetpad en het fietspad, is onderdeel van het normale straatbeeld in Nederland. Het minimale hoogteverschil van 2 cm is niet gebrekkig conform de CROW-richtlijnen. Volgens die richtlijnen is er pas sprake van een gebrek bij een hoogteverschil van 3 cm. In het algemeen hoort een weggebruiker rekening te houden met enige oneffenheid in het wegdek. De wederpartij had daarom op het hoogteverschil (waarvoor werd gewaarschuwd door het waarschuwingsbord) bedacht moeten zijn. De gemeente is er niet mee bekend dat na de aanpassing van de rand in mei 2020 nog fietsers hierdoor ten val zijn gekomen. 

Oordeel van de rechtbank: gemeente is niet aansprakelijk

De rechtbank oordeelt dat er een reële kans bestaat dat fietsers over de rand naar de berm rijden vanwege druk autoverkeer op de betreffende weg. En zo als het ware in de richting van de berm worden gedrukt. Het is aannemelijk dat de gemeente met de genomen maatregelen (waarschuwingsbord, opruwen van de rand en markeren van de rand met stroeve witte verf) de kans dat fietsers op de rand uitglijden en ten val komen, heeft gereduceerd tot (vrijwel) nihil. De kans dat fietsers (na de genomen maatregelen) ten val komen doordat er een hoogteverschil is tussen de rijbaan en de metalen rand, is evenmin groot. Daarbij is van belang dat het hoogteverschil (niet meer dan maximaal 2 cm) gering is. Ook van belang is dat fietsers (zeker in het buitengebied) rekening moeten houden met (geringe) hoogteverschillen in het wegdek en daar alert op moeten zijn. Zeker wanneer er van tevoren duidelijk is gewaarschuwd door middel van een waarschuwingsbord. De rechtbank oordeelt dat de wederpartij kennelijk op een ongelukkige wijze heeft gestuurd (dicht langs de rand), waardoor zij weerstand van de rand heeft ondervonden en door het verlies van het evenwicht ten val is gekomen. De rechtbank oordeelt dat de gemeente in de gegeven omstandigheden niet aansprakelijk is.

Door Larissa de Ree

Schadebehandelaar zakelijke aansprakelijkheid